Westers.nl

Thema avond 28 juni 2022 in Veelerveen


 



Thema avond 28 juni 2022 in Veelerveen

Notitie thema avond 1

 

Datum: 28-06-2022

Door: Dorpsraad Wedde, Dorpsraad Vriescheloo, Vereniging voor Plaatselijke Belangen Veelerveen en Stichting Zo Willen Wij Wonen

Voor: Inwoners van Wedde, Vriescheloo en Veelerveen.

 

Aanleiding bijeenkomst

In het voorjaar van 2022 is onder de inwoners van Wedde, Vriescheloo en Veelerveen een vragenlijst uitgezet met betrekking tot hun woonwensen en wat er voor hen nodig is om langer te kunnen blijven wonen in de dorpen, als ze dat willen. Een groep mensen die heeft aangegeven op de hoogte te willen worden gehouden over het onderzoek is uitgenodigd op een bewonersavond in Veelerveen op 17 mei j.l. Op deze avond zijn eerste resultaten van de vragenlijsten gepresenteerd en besproken. Aanwezigen gaven aan graag verder in gesprek te willen over verschillende onderwerpen aan de hand van thema’s en in de vorm van groepsgesprekken.

 

Doelstelling notitie

De doelstelling van deze notitie is een beknopte terugkoppeling te geven van de resultaten van de eerste thema avond. Deze is op 28-06-2022 georganiseerd in Ons Noabershoes in Veelerveen.

 

Aanwezigen

10 inwoners (namen en contactgegevens bekend) plus Jan Mulder en Wouter van de Kolk namens Zo Willen Wij Wonen.

 

Werkwijze

De avond begint met een bespreking van het thema woonvormen. Dit wordt gedaan aan de hand van vijf Funda-advertenties van woonvormen zoals ze in de dorpen gerealiseerd zouden kunnen worden. Deze worden ingebracht om het gesprek te starten. Ook de thema’s voorzieningen & activiteiten en zorg & ondersteuning worden besproken.

 

Resultaten

Hieronder worden gedane uitspraken vastgelegd, vooruitlopend op het formuleren van een eerste functioneel programma van eisen voor oplossingen in de dorpen.

  • Het lokaal, sociaal netwerk van inwoners is van grote waarde in het langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Verhuizen naar een nieuwe woonomgeving kan extra ingrijpend zijn als je ouder wordt omdat het dan minder vanzelfsprekend is een nieuw sociaal netwerk op te kunnen bouwen.
  • Langer blijven wonen in de dorpen gaat zowel over jongeren als ouderen. Ook onder jongeren wordt een behoefte gezien om langer te kunnen blijven wonen in de dorpen, maar door beperkt aanbod in de huidige woningmarkt is dit vaak niet mogelijk. In de ontwikkeling van woonvormen voor ouderen wil men hier ook aandacht voor hebben, bijvoorbeeld door daar in de woonvormen nadrukkelijk ruimte te maken voor huisvesting van jongeren en/of starters. Maar ook door te kijken of het mogelijk is bij doorstroming een woning aan te kunnen bieden op de lokale markt.
  • Inwoners zijn over het algemeen tevreden met hun huidige woning, maar voorzien richting toekomst dat het wenselijk of nodig wordt te verhuizen. Een kernvraag is op welk moment je besluit de stap naar een nieuwe woning daadwerkelijk te zetten. Hierbij gaat het om het vinden van het moment waarop de voordelen van de nieuwe woning de overhand nemen tegenover de nadelen in het achterlaten van de oude woning.
  • Het moment van kiezen is belangrijk, bijvoorbeeld vooruitlopend op wanneer jij of je partner te maken krijgt met beperkingen. Welke mogelijkheden zijn er dan. Daarom is het goed om in een initiatiefgroep van inwoners over dit onderwerp met elkaar te spreken en hier vorm aan te geven.
  • Het behoud van vrijheid, eigen regie en eigen identiteit zijn daarin belangrijke voorwaarden. Ook de rust en ruimte die hoort bij het huidige wonen in de dorpen dient geborgd te zijn bij het verhuizen naar een nieuwe woning. Het gevoel hebben van bekeken kunnen worden door buren schrift af. Gezamenlijkheid in het wonen wordt gezocht, maar wel met een hoge mate van privacy.
  • De nieuwe woning dient in de basis levensloopbestendig te zijn en gaat uit van zelfstandig wonen. Naar behoefte dient de woning eenvoudig modulair aangepast te kunnen worden (denk bijvoorbeeld aan toepassing van domotica of het gebruik kunnen maken van andere zorgoplossingen, inclusief het eenvoudig afschalen ervan).
  • De omgeving dient tevens uitnodigend te zijn om naar buiten te gaan en de woonvorm inclusief de omgeving dient elementen te bevatten die zingeving kunnen brengen. Als voorbeeld wordt een gezamenlijke groentetuin en hobbyruimte genoemd. Ook kan de inrichting van de omgeving bijdragen aan het kunnen ontmoeten van elkaar, zoals dat vroeger is geweest met ‘het loopje naar de supermarkt’. Maar zonder dat het ontmoeten van elkaar een verplichting is.
  • Over het deelgebruik van (elektrische) auto’s zijn de meningen wisselend.
  • Ook door andere aanpassingen in de woonomgeving kan gezondheidswinst geboekt worden. Als voorbeeld wordt het organiseren van bosbaden genoemd.
  • De Olle Witte Schoule is van vroeger uit een begrip in de omgeving. Ter overdenking, kunnen faciliteiten als een huidige daar aanwezige winkel een grotere ontmoetings- en buurtfunctie krijgen? En geldt dat in potentie ook voor andere plekken in de dorpen?
  • Wanneer zorg rondom woonvormen georganiseerd wordt is het van toegevoegde waarde als één of meerdere aanbieders zichtbaar aanwezig zijn met herkenbare aanspreekpunten.
  • In het gesprek worden mogelijkheden gezien voor financiering van een nieuwe woonvorm doordat aanwezigen vanuit de verkoop van huidige eigen woningen vermogen hebben om in te brengen.
  • Er wordt gezocht naar het formeren van een groep inwoners die wil kijken of en op welke manier ze vanuit eigen initiatief een woonvorm willen ontwikkelen met gezamenlijke uitgangspunten. Hierbij wil men ontdekken of er vanuit het opbouwen van een wederkerige relatie stappen gezet kunnen worden om uiteindelijk te kunnen komen tot realisatie van een passende woonvorm of woonvormen.
  • Er wordt gesproken over hoe je tot een selectie van bewoners komt voor het starten van een project- en/of woongroep. Er wordt een voorbeeld uitgewisseld waarbij in een huursituatie in een woonvorm een proefperiode voor nieuwe kandidaten toegepast kan worden. Uitgangspunt bij het komen tot een selectie is in elk geval dat deze bijdraagt aan het prettig kunnen samen wonen met elkaar, los van hoe dit samen wonen exact geformuleerd is.
  • Concrete kansen worden gezien richting het gemeentehuis, het terrein achter het dorpshuis Veelerveen en het terrein van de voormalige aardappelzetmeelfabriek. De overige besproken locaties zijn veel op het wonen in een omgeving waar ook zorg standaard geleverd wordt. Hierbij spreekt het uitzicht van het gemeentehuis aan en het potentieel grondgebonden kunnen bouwen op de andere locaties.
  • Ook wordt de mogelijkheid besproken om op huidige eigen terreinen extra woningen (chalet, tiny house) te realiseren om daarmee wonen voor jongeren mogelijk te maken. Waarbij eventuele afspraken gemaakt kunnen worden over het helpen met onderhoud in en om het huis. Ook dit zou langer kunnen blijven wonen in de eigen woonomgeving, c.q. eigen woning, mogelijk kunnen maken.
  • Het hebben van minimaal een tweede slaapkamer is een eis in de eventuele realisatie van nieuwe woningen.

 

Afsluitend

De aanwezigen worden per mail op de hoogte gehouden van de voortgang van het traject. De aanwezigen worden uitgenodigd daarop te reageren en aan te geven als er een behoefte zit om in contact te raken met elkaar en anderen om initiatief te ontwikkelen.

 

 



Documenten